Een lening van een bv aan haar aandeelhouder, die niet afgelost kan of zal worden, heeft mogelijk fiscale gevolgen. Wanneer de bv en de aandeelhouder zich ervan bewust zijn dat de lening niet zal worden afgelost, is sprake van een onttrekking aan het vermogen van de bv. Deze onttrekking vormt belastbaar inkomen voor de aandeelhouder. De inspecteur, die stelt dat sprake is van onttrekking, moet dit aannemelijk maken. In de volgende zaak is de inspecteur volgens de rechtbank hierin geslaagd.


Oplopende rekening-courantschuld
De rekening-courantschuld van een dga aan zijn bv liep tussen 2009 tot 2011 met tienduizenden euro’s op. Er was geen schriftelijke rekening-courantovereenkomst opgesteld en de dga had geen zekerheden voor de betaling van rente en aflossing gesteld. Een schema voor de betaling van aflossing en rente ontbrak. De bv had geen incassomaatregelen getroffen. De Belastingdienst merkte de opgelopen schuld aan als een onttrekking. Het bedrag van de rekening-courantschuld werd als door de dga genoten dividend beschouwd. Dat is belast in box 2 als inkomen uit aanmerkelijk belang.


Oordeel rechtbank
Gelet op de feiten en omstandigheden besliste de rechtbank dat de inspecteur erin was geslaagd de onttrekking aannemelijk te maken. De dga beschikte niet over voldoende inkomen of vermogen om de rekening-courantschuld te kunnen aflossen. Dat ruim na 2011 (nadat de discussie met de inspecteur over de opgelopen rekening-courantschuld was ontstaan) alsnog een schriftelijke overeenkomst werd opgemaakt, deed daaraan geen afbreuk.

Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBNHO201610977, HAA 15/5752, 15/5753 en 15/5754 | 16-02-2017