Er komt verandering aan voor werkgevers die nog rijden met fossiele leaseauto’s. In dit artikel lees je wat het inhoudt en welke acties je nu al kunt ondernemen.
Er komt verandering aan voor werkgevers die nog rijden met fossiele leaseauto’s. In het Belastingplan 2026 staat een nieuwe maatregel die vanaf 2027 zou moeten in gaan: een pseudo-eindheffing van 12 procent op personenauto’s van de zaak met CO₂-uitstoot. Wat houdt dit precies in, wie krijgt ermee te maken en waar kun je nu al rekening mee houden?
Werkgevers die een auto van de zaak ter beschikking stellen aan een werknemer, waarbij de auto ook privé gebruikt mag worden én CO₂ uitstoot, betalen vanaf 2027 een extra heffing van 12 procent. Deze heffing komt volledig voor rekening van de werkgever. De bestaande bijtelling voor privégebruik blijft daarnaast gewoon gelden.
Niet elke auto of situatie valt onder de regeling.
De regeling geldt voor personenauto’s met een M1-classificatie, oftewel voertuigen met maximaal negen zitplaatsen inclusief de bestuurder. Hieronder kunnen ook kampeerauto’s, lijkwagens of personenbusjes vallen. Bestelauto’s, vrachtwagens en tractoren vallen buiten de regeling.
Er is een overgangsregeling voor auto’s die vóór 1 januari 2027 al ter beschikking zijn gesteld. Voor deze voertuigen geldt de extra heffing pas vanaf 17 september 2030. De regeling is gekoppeld aan de auto zelf. Wordt de auto later aan een andere werknemer gegeven, dan blijft de overgangsregeling gelden.
De pseudo-eindheffing bedraagt 12 procent van de cataloguswaarde van de auto, inclusief btw en bpm. Voor auto’s ouder dan 25 jaar geldt de waarde in het economische verkeer. Een eventuele eigen bijdrage van de werknemer wordt niet in mindering gebracht.
De heffing wordt per kalendermaand berekend. De werkgever kan ervoor kiezen om de totale heffing uiterlijk in de tweede loonaangifte van het volgende jaar te betalen. Is de auto maar een deel van de maand beschikbaar voor privégebruik, dan wordt toch gerekend alsof dat de hele maand het geval was.
De regeling geldt voor werkgevers, inclusief bv’s die een auto van de zaak beschikbaar stellen aan een directeur-grootaandeelhouder. Zelfstandigen zonder personeel worden niet geraakt, tenzij zij werknemers in dienst hebben met een auto van de zaak.
De maatregel is nog niet definitief; de Tweede en Eerste Kamer moeten nog instemmen. Toch is het verstandig om alvast vooruit te kijken.
Wil je weten wat deze verandering betekent voor jouw organisatie? Onze adviseurs denken graag met je mee over de fiscale gevolgen en mogelijke alternatieven.